Voor de uitvoering van het milieubeleid is het noodzakelijk dat bevoegde gezagen beschikken over informatie van bedrijven. Daarbij kan een spanningsveld ontstaan tussen de belangen van bedrijven en het belang van openbaarheid van milieu-informatie. Regelmatig willen bedrijven uit concurrentieoverwegingen hun brandstofgebruik, energiegegevens, productiegegevens en emissiegegevens op installatieniveau alleen ter beschikking stellen aan hun bevoegde instantie en niet openbaar maken.  Op de website van de Rijksoverheid is een handreiking beschikbaar, waarin zowel de relevante internationale als de nationale wet- en regelgeving met betrekking tot openbaarheid van milieu-informatie en emissiegegevens wordt toegelicht, als handvatten worden gegeven voor de bepaling van het wel of niet passief openbaar maken van deze gegevens.

Hieraan raakt ook Artikel 10.45 van het Omgevingsbesluit. Hierin staat hoe het bevoegd gezag moet handelen bij geheimhouden van gegevens.

Let op: Hiernavolgende informatie over vertrouwelijkheid is op onderdelen mogelijk niet meer actueel in het licht van de eerdergenoemde wijzigingen en zal worden geactualiseerd zodra hierover volledige duidelijkheid bestaat.
 

In dit onderdeel aan de orde in welke gevallen een beroep zou kunnen worden gedaan op vertrouwelijke behandeling van bepaalde via het Integraal PRTR-verslag aangeleverde gegevens. Dit onderdeel is relevant voor zover het gaat om bedrijfs- en fabricagegegevens en NAW-gegevens. Daarbij is tevens van belang in hoeverre het gaat om milieu-informatie en informatie over emissies.

Hierbij wordt de relevante wet- en regelgeving toegelicht. Waar mogelijk is dit vertaald naar praktische tips ten behoeve van bedrijven en bevoegde instanties. Verder komt aan de orde hoe wordt omgegaan met vertrouwelijke gegevens in relatie tot andere rapportageverplichtingen van de lidstaat richting de Europese Commissie en wat er met de gegevens gebeurt.